Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vloei·stof
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vloeistof vloeistoffen
verkleinwoord (vloeistofje) (vloeistofjes)

Zelfstandig naamwoord

de vloeistofv / m

  1. een stof in die aggregatietoestand waarin het geen eigen vorm heeft, maar wel een eigen volume
    • Een vloeistof kan bevriezen tot een vaste stof of verdampen tot een gas. 
Hyperoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen


Afrikaans

Uitspraak
enkelvoud meervoud
naamwoord vloeistof vloeistowwe

Zelfstandig naamwoord

vloeistof

  1. vloeistof