Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vlak·weg
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van vlak met het achtervoegsel -weg

Bijwoord

vlakweg

  1. zonder omwegen, onomwonden
    • De motie constateert vlakweg dat het integratiebeleid onvoldoende geslaagd is. 
Synoniemen

Gangbaarheid

70 % van de Nederlanders;
84 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be