vierenzeventigjarige

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vier·en·ze·ven·tig·ja·ri·ge
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

vierenzeventigjarige

  1. verbogen vorm van de stellende trap van vierenzeventigjarig
    • De vulkaan werd weer actief na een vierenzeventigjarige periode zonder uitbarstingen. 
Schrijfwijzen
enkelvoud meervoud
naamwoord vierenzeventigjarige vierenzeventigjarigen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

vierenzeventigjarige m / v

  1. levend wezen dat 74 jaar oud is of iets dat 74 jaar bestaat
    • De vierenzeventigjarige heeft zijn vijf jaar jongere echtgenote tijdens zijn studie in Deventer leren kennen. 
Schrijfwijzen

Gangbaarheid