• vet·weidt
vervoeging van
vetweiden

vetweidt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vetweiden
    • Jij vetweidt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vetweiden
    • Hij vetweidt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van vetweiden
    • Vetweidt!