Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vet·op·na·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vetopname vetopnamen
vetopnames
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de vetopnamev / m

  1. de opname van vet, vanuit het voedsel, via de darmslijmvlies, in het lichaam
    • Dik worden, en vermageren, zijn ingewikkelde processen die over heel veel tandwieltjes lopen – en sommige van die tandwieltjes grijpen ook nog eens in elkaar. Terwijl we andere zelfs nog niet weten zitten. Voorlopig botsen de onderzoekers altijd weer tegen dezelfde natuurwet: de Wet van Behoud van Ellende. Telkens ze erin slagen om één tandwieltje stil te zetten, blijkt ergens anders een ander tandwieltje wat sneller te gaan draaien. Verzadigingsgevoel, eetlust, vetopname, vetopslag, suikerspiegel, glycogeen, insuline, warmteproductie, cholesterol, triglyceriden, caloriearme zoetstoffen, stanolesters, vetzuren, insuline, zelfbeeld, aanmaak van vetcellen, ontstekingsreacties, darmflora, olestra, leverenzymen, vitamines, honger: als je tegen één ervan aanduwt, schuiven gelijk een paar van de andere de verkeerde kant op.[1] 
    • Medicijnen tegen overgewicht lijken onmogelijk, want uiteindelijk komt ieder pondje door het mondje. De paar die ooit zijn ontwikkeld hebben vaak vervelende bijwerkingen. Ze remmen de eetlust, stimuleren de vetverbranding of remmen de vetopname in de darm.[2] 

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. de Standaard 08 JANUARI 2015 OM 03:00 UUR | Pieter Van Dooren Vermageringspil twee stapjes dichterbij
  2. NRC 11 november 2011 Dikke aap raakt vet kwijt met afvalmedicijn
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be