• ver·we·reld·lijkt
  • vervoeging van verwereldlijken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van
verwereldlijken

verwereldlijkt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwereldlijken
    • Jij verwereldlijkt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwereldlijken
    • Hij verwereldlijkt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verwereldlijken
    • Verwereldlijkt! 
vervoeging van: verwereldlijken…
verbogen vorm: verwereldlijkte

verwereldlijkt

  1. voltooid deelwoord van verwereldlijken