• ver·wend
  • vervoeging van verwennen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen verwendverwenderverwendst
verbogen verwendeverwendereverwendste
partitief verwendsverwenders-

verwend [1]

  1. met te grote toegeeflijkheid opgevoed, bedorven; gewend om altijd te krijgen wat men wil
     Er waren de nodige vervelende lui, die onbeschoft, arrogant of verwend waren en ik deed mijn best om ze te vermijden.[2]
98 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be