• ver·eeu·wi·gen
  • afgeleid van eeuwig met het voorvoegsel ver- en met het achtervoegsel -en
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
vereeuwigen
vereeuwigde
vereeuwigd
zwak -d volledig

vereeuwigen [1]

  1. overgankelijk eeuwig laten worden, voor eeuwig laten vastleggen
     Over de lengte van zijn benen waren de routes en emblemen van verschillende Thru-hikes vereeuwigd.[2]
     Het draagt allemaal bij aan de herleving van een roemruchte periode. Daar hoort ook de aparte expositie van fotograaf Rudy Leukfeldt bij, Blues from Heaven. Heel bijzonder hoe hij Muskee heeft vereeuwigd, als heerser van Drenthe, op een hunebed.[3]
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[4]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  3. Bronlink geraadpleegd op 11 mei 2025 Weblink bron “Window of my eyes: Harry Muskee en de verloren tijd” (zaterdag 16 januari 2016, 13:44), NOS
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be