verdienstelijkheid
- ver·dien·ste·lijk·heid
- afleiding van verdienstelijk met het achtervoegsel -heid[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verdienstelijkheid | verdienstelijkheden |
verkleinwoord |
de verdienstelijkheid v
- de hoedanigheid van een beloning verdienen
- ▸ Hij voelde hoe er een gevoel van woede in hem opkwam dat zijn rust verstoorde en de verdienstelijkheid van zijn daad tenietdeed.[2]
- Het woord 'verdienstelijkheid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.