verdedigen
- Geluid: verdedigen (hulp, bestand)
- ver·de·di·gen
- In de betekenis van ‘afweren, weerleggen’ voor het eerst aangetroffen in 1573 [1]
- afgeleid van dadinge met het voorvoegsel ver- [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verdedigen |
verdedigde |
verdedigd |
zwak -d | volledig |
verdedigen
- overgankelijk beschermen tegen een aanval
1. beschermen tegen een aanval
- Het woord verdedigen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verdedigen" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ "verdedigen" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ verdedigen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628142
- ↑ www.parool.nl (26 jan 2024)
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be