• up·loa·den
  • Afkomstig van het Engelse upload.
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uploaden
uploadde
geüpload
zwak -d volledig

uploaden

  1. overgankelijk, (informatica) een bestand van een lokale computer of server naar een computer of server op afstand overbrengen
    • Ze heeft net haar HD-videobestand naar YouTube geüpload. 
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


uploaden

  1. (informatica) uploaden