twintigjarige
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: twintigjarige (hulp, bestand)
- IPA: / ˈtwɪntəxˌjarəɣə / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- twin·tig·ja·ri·ge
Woordherkomst en -opbouw
- bn: twintigjarig bn met de uitgang -e
- zn: afgeleid van twintigjarig bn met het achtervoegsel -e
Bijvoeglijk naamwoord
twintigjarige
- verbogen vorm van de stellende trap van twintigjarig
- De vulkaan werd weer actief na een twintigjarige periode zonder uitbarstingen.
Schrijfwijzen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | twintigjarige | twintigjarigen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- levend wezen dat 20 jaar oud is of iets dat 20 jaar bestaat
- De twintigjarige genoot van de vakantie aan zee.
Schrijfwijzen
Vertalingen
1. levend wezen dat 20 jaar oud is of iets dat 20 jaar bestaat
Gangbaarheid
- Het woord twintigjarige staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.