tweehonderdachtenvijftig

Nederlands

       
0 2 5 8
tweehonderdachtenvijftig,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • twee·hon·derd·acht·en·vijf·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

tweehonderdachtenvijftig

  1. "258", het getal tussen tweehonderdzevenenvijftig en tweehonderdnegenenvijftig, tweehonderd plus achtenvijftig
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen tweehonderdachtenvijftig euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer tweehonderdachtenvijftig van het grootste hotel. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "tweehonderdachtenvijftig" ht als linkerdeel

Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord tweehonderdachtenvijftig tweehonderdachtenvijftigs
verkleinwoord tweehonderdachtenvijftigje tweehonderdachtenvijftigjes

Zelfstandig naamwoord

tweehonderdachtenvijftig v / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 258 is aangeduid
    • Als jij tweehonderdachtenvijftig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

tweehonderdachtenvijftig mv

  1. groep van 258 eenheden
    • Die tweehonderdachtenvijftig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden. 

Gangbaarheid