tussenstop
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: tussenstop (hulp, bestand)
Woordafbreking
- tus·sen·stop
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tussen en stop [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tussenstop | tussenstops |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de tussenstop m
- korte onderbreking van een reis om te tanken of weer op krachten te komen
- Vanuit Lyon ging hij, met tussenstops in Chambéry en Turijn, naar Milaan. Daar is hij donderdagnacht gedood in een vuurgevecht met patrouillerende agenten.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord tussenstop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "tussenstop" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC 28 december 2016
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be