travaille
vervoeging van |
---|
travailler |
travaille
- eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van travailler
- eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van travailler
- tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van travailler