• toe·wijdt
vervoeging van
toewijden

toewijdt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toewijden
    • ... dat jij toewijdt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toewijden
    • ... dat hij toewijdt.