Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • toe·ris·ten·trek·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord toeristentrekker toeristentrekkers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de toeristentrekkerm

  1. locatie waar veel toeristen naartoe gaan
     "Uiteraard maakt dat mijn werk een stuk eenvoudiger. De tickets vlogen de deur uit. Veel belangrijker is dat het hele land profiteert. De grand prix creëert banen en is een reclamespot voor Mexico. Een toeristentrekker. Het levert honderden miljoenen op. De impact wordt vaak onderschat. De F1 komt hier elk jaar. Dan kijkt de hele wereld naar ons. Dat is met een WK voetbal of met de Olympische Spelen onmogelijk."[1]
     Toch is de verwachting dat er in de toekomst nog veel meer toeristen naar Afrika reizen, zo'n 134 miljoen in 2030. Noord-Afrika zal waarschijnlijk de belangrijkste toeristentrekker blijven, maar verwacht wordt dat ook Oost-Afrika steeds populairder gaat worden.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Louis Dekker
    “Juichen voor Verstappen en Pérez: 'Max is een beetje van ons, zelfs mijn zoon is fan'” (Zondag 7 november 2021, 11:11), NOS
  2.   Weblink bron “Reisje naar Afrika geboekt? Je bent niet meer de enige” (Donderdag 13 juli 2017, 07:49), NOS