Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • te·rug·stop·pen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

terugstoppen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
terugstoppen
stopte terug
teruggestopt
zwak -t volledig
  1. iets weer ergens indoen waar het eerder is uitgehaald
     De verdiensten uit de onderneming zal ONL als aandeelhouder zoveel mogelijk terugstoppen in DNOB, zegt Biesheuvel.[1]
     Er zijn namelijk twee setjes enveloppen: eentje voor presentatoren die van links opkomen, en de andere voor de rechterkant. Het is de bedoeling dat de accountants een envelop die ze niet weggeven weer terugstoppen in een koffer. Vorig jaar ging dat fout.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Biesheuvel start nieuwe 'bank' voor MKB” (15-05-2015), NOS
  2.   Weblink bron
    Lambert Teuwissen
    “Zo moet een nieuwe Oscarblunder worden voorkomen” (04-03-2018), NOS