terugspringen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- te·rug·sprin·gen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van terug en springen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
terugspringen |
sprong terug |
teruggesprongen |
klasse 3 | volledig |
Werkwoord
terugspringen [1]
- onovergankelijk terugwijken
- onovergankelijk springen in de richting waarvan iemand of iets gekomen is
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord terugspringen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.