• te·le·ki·ne·sen

de telekinesenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord telekinese
    • Dr. E. Osty, die zich bij zijn experimenten van vernuftig uitgedachte toestellen bediende, constateerde een, zij het dan slechts gering aantal van telekinesen, die hij aan een onzichtbare uit het lichaam van den proefpersoon tredende stof toeschreef. [1]
  • Als meervoud is 'telekineses' gangbaarder. Informeel wordt 'telekinesen' soms ook als onbepaalde wijs van een werkwoord gebruikt:
    • Morgenvroeg ga ik als een gek aan het duimen en telekinesen. Ik stuur alle positieve energie die ik kan vinden, jullie kant op. [2]