Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tel·bu·reau
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord telbureau telbureaus
verkleinwoord telbureautje telbureautjes

Zelfstandig naamwoord

het telbureauo

  1. plaats waar de stemmen van een verkiezing geteld worden
    • Ik was vooral heel blij dat Groen het goed gedaan had. Ons programma en de boodschap die we wilden overbrengen heeft dan toch de inwoners bereikt. Het laatste telbureau liet lang op zich wachten dus het was enorm spannend. Ik was blij dat we die zetel behaalden en uiteraard dat ik verkozen werd. Op zo’n moment valt een hele last van je schouders want zo’n campagne vraagt heel wat energie. Toch was het zeer leuk om met zo’n toffe Groene ploeg campagne te hebben gevoerd. [1] 
    • De Padt zelf diende in 2011 een wetsvoorstel in dat bepaalt dat iemand die al minstens tweemaal een functie heeft uitgeoefend in een kiesbureau een geldige reden heeft om vrijstelling te vragen voor een functie in een stem- of telbureau. Het voorstel raakte echter niet gestemd deze legislatuur. [2] 
Verwante begrippen

Gangbaarheid

76 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. De Standaard 29/12/2012 om 03:59 door Benny Bielen Nieuw in de gemeenteraad: Tom Van Vlierberghe
  2. De Standaard 27/03/2014 om 19:36 door evg Niet meer dan twee keer bijzitten
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be