tegenwerking
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- te·gen·wer·king
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van tegenwerken met het achtervoegsel -ing.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tegenwerking | tegenwerkingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de tegenwerking v
- tegenstand
- Zijn plan liep stuk op tegenwerking van de andere fracties.
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen
1. tegenstand
Gangbaarheid
- Het woord tegenwerking staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.