tegemoetkomend
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- te·ge·moet·ko·mend
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tegemoet en komend
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | tegemoetkomend | tegemoetkomender | tegemoetkomendst |
verbogen | tegemoetkomende | tegemoetkomendere | tegemoetkomendste |
partitief | tegemoetkomends | tegemoetkomenders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
tegemoetkomend [1]
- voorkomend, welwillend
- zich naar de waarnemer toe bewegend
Werkwoord
vervoeging van: | tegemoetkomen |
verbogen vorm: | tegemoetkomende |
tegemoetkomend
Gangbaarheid
- Het woord tegemoetkomend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.