Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ta·oïs·me
  • tao·is·me
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘wijsgerig stelsel’ voor het eerst aangetroffen in 1912 [1]
  • afgeleid van het Chinese tao (de weg, het rechte pad) met het achtervoegsel -isme
enkelvoud meervoud
naamwoord taoïsme -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het taoïsmeo

  1. (religie) een Chinese filosofische en religieuze stroming
    • Het taoïsme werd onderdrukt en uiteindelijk verboden in het communistische China. 
Vertalingen

Gangbaarheid

85 % van de Nederlanders;
85 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen