Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ta·baks·mo·no·po·lie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tabaksmonopolie tabaksmonopolies
tabaksmonopoliën
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het tabaksmonopolieo

  1. het alleenrecht op de aanbouw en/of handel in tabak b.v. door regeringen (Frankrijk, Oostenrijk) etc.

Meer informatie

Gangbaarheid