svidd
Noors
Uitspraak
Woordafbreking
- svidd
Woordherkomst en -opbouw
- Afleiding van het Noorse werkwoord svi.
Bijvoeglijk naamwoord
svidd
- gebrand
- aangebrand
- aangebrand, aangekoekt
- gebrand (wond)
- geschrijnd
- dor, geschroeid, gezengd, verdord, verdroogd, verzengd
Verbuiging
stellend | vergrotend | overtreffend | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald (sterk) |
m/v enkelvoud | svidd | ||
o enkelvoud | svidd | |||
meervoud | svidde | |||
bepaald (zwak) |
enkelvoud en meervoud |
svidde |
Afgeleide begrippen
- [3] brunsvidd
Bijvoeglijk naamwoord
svidd av
Bijvoeglijk naamwoord
svidd inn
Werkwoord
svidd
- voltooid deelwoord van svi
Nynorsk
Uitspraak
Woordafbreking
- svidd
Woordherkomst en -opbouw
- Voltooid deelwoord van svi.
[A]
Bijvoeglijk naamwoord
svidd
Verbuiging
stellend | vergrotend | overtreffend | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald (sterk) |
m/v enkelvoud | svidd | ||
o enkelvoud | svidd | |||
meervoud | svidde | |||
bepaald (zwak) |
enkelvoud en meervoud |
svidde |
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen
- [3]: brunsvidd
[B]
Bijvoeglijk naamwoord
svidd
- gebrand (wond)
- geschrijnd
- dor, geschroeid, gezengd, verdord, verdroogd, verzengd
Verbuiging
stellend | vergrotend | overtreffend | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald (sterk) |
m/v enkelvoud | svidd | ||
o enkelvoud | svidd | |||
meervoud | svidde | |||
bepaald (zwak) |
enkelvoud en meervoud |
svidde |
Werkwoord
svidd
- voltooid deelwoord van svi betekenis [A]
Schrijfwijzen
Werkwoord
svidd
- voltooid deelwoord van svi betekenis [B]