streichhâr
Middelhoogduits
Woordherkomst en -opbouw
- Samenstelling van streichen zn "strijken" en hâr zn "haar"
Zelfstandig naamwoord
streichhâr, o
- (historisch) bij het vervaardigen van doek door het kammen en vlak strijken van de wol uitgekamde wolresten van mindere kwaliteit
Verbuiging
- o, sterk