streekbus

Nederlands

de gele streekbus

Uitspraak

• Geluid:  streekbus    (hulp, bestand)
• IPA: /'strekbʏs/

Woordafbreking

• streek·bus

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  streek zn  en  bus zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	streekbus	streekbussen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de streekbus m

1. (verkeer) bus voor vervoer tussen steden onderling en tussen steden en dorpen

   • Op 4 januari reden in het hele land nauwelijks streekbussen en regionale treinen wegens stakingen voor een nieuwe cao. Sindsdien gingen de bonden en werkgevers opnieuw om de tafel, maar het nieuwe akkoord kon de achterban van FNV dus niet bekoren. 
   • Een aardverschuiving in India heeft aan zeker 46 mensen het leven gekost. De meesten zaten in twee streekbussen die door de modder- en stenenmassa werden meegesleurd de diepte in. 

Vertalingen

    1.   

Engels: inter-city bus (en), inter-urban bus (en)

Gangbaarheid

• Het woord streekbus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "streekbus" herkend door:

98 %	van de Nederlanders;
88 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.