Nederlands

 
stockboek
Uitspraak
Woordafbreking
  • stock·boek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord stockboek stockboeken
verkleinwoord stockboekje stockboekjes

Zelfstandig naamwoord

het stockboeko

  1. map waarin men tijdelijke postzegels bewaart totdat men ze opbergt in een postzegelalbum
     Leduc probeert Herman nu via zijn open brieftot een minnelijke schikking te bewegen. In de brief zet Leduc zijn versie van de feiten op een rijtje. Zo vermeldt hij ook dat Herman uit Minestrone wil stappen en daarbij een aantal financiële en andere eisen stelt (stockboeken niet onder de marktprijs verkopen, zwijgplicht).[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

34 % van de Nederlanders;
54 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    lvv, bhe
    “Fotograaf haalt zwaar uit naar Sergio Herman” (26/10/2017), De Standaard
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be