stockboek
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- stock·boek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van stock zn en boek zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stockboek | stockboeken |
verkleinwoord | stockboekje | stockboekjes |
Zelfstandig naamwoord
het stockboek o
- map waarin men tijdelijke postzegels bewaart totdat men ze opbergt in een postzegelalbum
- ▸ Leduc probeert Herman nu via zijn open brieftot een minnelijke schikking te bewegen. In de brief zet Leduc zijn versie van de feiten op een rijtje. Zo vermeldt hij ook dat Herman uit Minestrone wil stappen en daarbij een aantal financiële en andere eisen stelt (stockboeken niet onder de marktprijs verkopen, zwijgplicht).[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'stockboek' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stockboek" herkend door:
34 % | van de Nederlanders; |
54 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron lvv, bhe“Fotograaf haalt zwaar uit naar Sergio Herman” (26/10/2017), De Standaard
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be