Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stem·ming·ma·ke·rij
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord stemmingmakerij stemmingmakerijen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de stemmingmakerijv

  1. het opjutten van een groepering met een bepaald doel
Vertalingen

Gangbaarheid

93 % van de Nederlanders;
79 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be