Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sprook·jes·land
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord sprookjesland sprookjeslanden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het sprookjeslando

  1. een niet bestaand land, mooi land dat alleen maar in sprookjes voorkomt
     Ja, ik dacht er eerst aan dat wij daar reden en dachten dat we naar huis gingen, terwijl we in die duisternis God mag weten waarheen gingen, en dat we bij aankomst opeens zouden zien dat we niet in Otradnoje maar in sprookjesland waren.[1]
     'Blamerend' is het woord dat voetbalcommentator Frank Snoeks gebruikt. "AZ was naïef, alsof het in een sprookjesland speelde. Na de 1-0 van Ajax had keeper André Onana rood moeten krijgen en AZ een penalty, maar aan de andere kant had AZ ook met 8-0 kunnen verliezen."[2]
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. “Oorlog en Vrede” (1869), van Oorschot, ISBN 978902825115 1
  2.   Weblink bron “Dik verlies tegen Ajax heeft bij AZ 'wel nagedreund'” (20-10-2018), NOS