sportsector
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: sportsector (hulp, bestand)
Woordafbreking
- sport·sec·tor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sportsector | sportsectors sportsectoren |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de sportsector m
- (sport) de bedrijfstak van alle leveranciers van producten en diensten op het gebied van sport