Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • spin·dok·ter
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘mediamanager die het nieuws manipuleert’ voor het eerst aangetroffen in 1997 [1]
  • samenstelling van  spin ww  en  dokter  [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord spindokter spindoktoren
spindokters
verkleinwoord spindoktertje spindoktertjes

Zelfstandig naamwoord

de spindokterm

  1. (politiek) (beroep) een adviseur of voorlichter van een politieke partij of een ambtsdrager die de opdracht heeft het beleid van zijn politieke opdrachtgever zo positief mogelijk te presenteren en te verdedigen of hem of haar daarin te coachen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen