sneeuwbank
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: sneeuwbank (hulp, bestand)
Woordafbreking
- sneeuw·bank
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van sneeuw zn en bank zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sneeuwbank | sneeuwbanken |
verkleinwoord | sneeuwbankje | sneeuwbankjes |
Zelfstandig naamwoord
- (meteorologie) plaatselijke opeenhoping van sneeuw onder invloed van de wind in de vorm van een langgerekte bank
Hyperoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord sneeuwbank staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Cannegieter, H.G. (Dzn)“Prille vrees en vreugd” (1926), ʺDe Tijdstroomʺ