• sfor·zan·di

de sforzandimv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord sforzando
    • "Een sforzando bij Beethoven klinkt niet als aah, maar als wwwrraaahhhh. Breek de piano doormidden. Net als Beethoven toen hij een nieuwe pianoforte kreeg. Ta dam paaahhhhh! Die sforzandi zijn explosies. (…)" [1]