schools

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  schools    (hulp, bestand)
• IPA: / sxols / (1 lettergreep)
  • (Noord-Nederland): /sχo̝ɫs/
  • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /sxols/

Woordafbreking

• schools

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van school met het achtervoegsel -s

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	schools	schoolser	schoolst
verbogen	schoolse	schoolsere	schoolste
partitief	schools	schoolsers	-

Bijvoeglijk naamwoord

schools

1. zoals op school

   • Op die universiteit geven ze erg schoolse colleges. 

Vertalingen

    1. zoals op school   

Duits: schulisch (de) Engels: schoolish (en)

Frans: scolaire (fr) Spaans: escolar (es)

Gangbaarheid

• Het woord schools staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schools" herkend door:

98 %	van de Nederlanders;
96 %	van de Vlamingen.

Engels

Uitspraak

• Geluid:  schools (VS)    (hulp, bestand)
• IPA: /skuːls/

Woordafbreking

• schools

Zelfstandig naamwoord

schools mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord school