Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • school·or·kest
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord schoolorkest schoolorkesten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het schoolorkesto

  1. (muziek) (onderwijs) orkest, gevormd uit leerlingen en leraren van een school
Vertalingen

Gangbaarheid