vervoeging van
saborear

saboreara

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van saborear
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van saborear
vervoeging van
saborearse

saboreara

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van saborearse
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van saborearse