Nederlands

 
enkele soldaten met een rouwband
Uitspraak
Woordafbreking
  • rouw·band
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord rouwband rouwbanden
verkleinwoord rouwbandje rouwbandjes

Zelfstandig naamwoord

rouwband m [1]

  1. een zwarte band die men om de (linker)bovenarm draagt als teken van rouw na overlijden van iemand
    • De spelers van Excel Moeskroen zullen in de drie volgende wedstrijden van de club een zwarte rouwband dragen ter ere van Alfred Gadenne, de burgemeester van Moeskroen die maandagavond is vermoord. Dat maakte de Henegouwse club donderdagavond bekend. [2] 
    • De FIFA heeft boetes uitgedeeld aan Engeland, Schotland, Wales en Noord-Ierland voor het dragen van rouwbanden met poppy's, een klaproos om de gevallenen in de Eerste Wereldoorlog en andere gewapende conflicten te herdenken. [3] 
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. de Standaard 14/september/2017
  3. Volkskrant 19 december 2016
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be