routenet

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  routenet    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• rou·te·net

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  route zn  en  net zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	routenet	routenetten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het routenet o

1. een groep met elkaar samenhangende wegen of verbindingen

   • Volgens het nieuwe plan blijven na de integratie van Swissair en Crossair de twee merken apart bestaan. Het routenet en de vloot zullen worden afgebouwd, het management wordt teruggebracht van veertien naar zes directeuren.  
   • Na Diekirch volgt het routenet de loop van de Sauer. De ene kant van de rivier is Luxemburgs grondgebied, aan de andere zijde van de oever ligt Duitsland. Na ongeveer 25 kilometer bochten draaien en dalen is de eindbestemming Echternach bereikt.  

Synoniemen

• routenetwerk

Gangbaarheid

• Het woord routenet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "routenet" herkend door:

88 %	van de Nederlanders;
75 %	van de Vlamingen.