vervoeging van
robustecer

robustezca

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van robustecer
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van robustecer
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van robustecer