vervoeging van
relacionar

relacionara

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van relacionar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van relacionar
vervoeging van
relacionarse

relacionara

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van relacionarse
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van relacionarse