Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·gen·boog·vlag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord regenboogvlag regenboogvlaggen
verkleinwoord regenboogvlaggetje
regenboogvlagje
regenboogvlaggetjes
regenboogvlagjes

Zelfstandig naamwoord

regenboogvlag

  1. doek met banen in de kleuren zoals die soms in een halve cirkel zichtbaar worden als het zonlicht wordt gebroken door druppels in de lucht, gebruikt als verbindend symbool
     De nieuwe vijfkleurige regenboogvlag verving bij feestelijke gelegenheden de keizerlijke drakenbanier.[1]
    1. (lhbt) symbool van de emancipatie van mensen die om hun seksuele geaardheid worden achtergesteld
       Mijn gedachten gingen terug naar de jaren zeventig toen de discriminatie van homoseksuelen steeds luider aangevochten werd. De regenboogvlag als symbool van de homobeweging dateert uit die jaren en werd daarna ook door andere seksuele minderheden overgenomen.[2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Graaf, H.J. de
    “Geschiedenis van Indonesië” (1949), Van Hoeve, 's-Gravenhage / Bandoeng, p. 465
  2.   Weblink bron
    Frits Abrahams
    “De durf van Komrij” (16 november 2022) op nrc.nl