reconcilie
vervoeging van |
---|
reconciliar |
reconcilie
- aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van reconciliar
- aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van reconciliar
- gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van reconciliar