vervoeging van
reconciliar

reconcilie

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van reconciliar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van reconciliar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van reconciliar