ramie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ra·mie
Woordherkomst en -opbouw
- van Indonesisch rami
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ramie | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
ramie m
- (plantkunde) in Oost-Azië voorkomende plantensoort Boehmeria nivea uit de brandnetelfamilie
- De aanplant van ramie is uit jaar verdubbeld. [1]
- (materiaalkunde) vezels en textiel die uit de stengel van de Boehmeria nivea worden gemaakt
- Onder dit verbod vallen voortaan o.a. espartogras, kokosgarens en raffia, terwijl nu ook de uitvoer van alle gasgloeikousjes is verboden, onverschillig of deze zijn vervaardigd uit ramie of katoen. [2]
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord ramie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ "De boer heeft ook recht op ontwikkeling. Stijging in rijstprijs veroorzaakt door de speculanten. Zowel de consument als de tani zijn dupe van verhoging" in: Algemeen Indisch dagblad: de Preangerbode jrg. 60 nr. 143 (28 december 1955); p. 2 kol. 3; geraadpleegd 2017-05-10
- ↑ Departement van Landbouw, Nijverheid en Handel. Afdeeling Handel Overzicht van ten uitvoer verboden artikelen (1918) Belinfante, Den Haag; p. 60; geraadpleegd 2017-05-10