pyjamamouw
- Geluid: pyjamamouw (hulp, bestand)
- IPA: / piˈjamaˌmɑu / (4 lettergrepen)
- py·ja·ma·mouw
- samenstelling van pyjama zn en mouw zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pyjamamouw | pyjamamouwen |
verkleinwoord | - | - |
- (kleding) deel dat een arm bedekt van een gemakkelijk zittende jasje dat is bestemd om met een bijpassende broek in bed te worden gedragen
- ▸ Hij rolde zijn ene pyjamamouw omhoog, en vroeg Sirdjal om aandacht voor een flink litteken.[1]
- Het woord 'pyjamamouw' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Het paradijs van Oranje.” (1973), Querido, Amsterdam, ISBN 9021413868, p. 96