purgaba
- eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van purgar
- derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van purgar
purgaba
- eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van purgarse
- derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van purgarse