Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pro·test·re·gis·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord protestregister protestregisters
verkleinwoord protestregistertje protestregistertjes

Zelfstandig naamwoord

het protestregistero

  1. (juridisch) register dat door notarissen en andere ambtenaren moet worden gehouden voor de aantekening van de door hen opgemaakte protesten

Gangbaarheid