vervoeging van
procurer

procures

  1. tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van procurer
  2. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van procurer


vervoeging van
procurar

procures

  1. aanvoegende wijs tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van procurar
  2. gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van procurar