• prak·tijk·do·cent
enkelvoud meervoud
naamwoord praktijkdocent praktijkdocenten
verkleinwoord - -

de praktijkdocentm

  1. (onderwijs) (medisch) (beroep) iemand die in een ziekenhuis de docenten assisteert bij de praktijklessen en op de afdelingen toezicht houdt op het werken van de verpleegkundigen